Verhalen waar je stil van wordt
Blijf op de hoogte en volg Iris
17 September 2012 | Mozambique, Beira
Ruige verhalen vertellen is natuurlijk een van de mooiste bezigheden ‘s avonds op het terras. En na afloop van het bezoek aan Gorongosa zaten we eerst met acht man, later met z’n vieren nog gezellig na te kletsen. Biertje en colaatje binnen handbereik. Eerst werden er wat avonturen in wildparken beschreven. Abel had wel eens uren in een boom gebivakkeerd omdat er een neushoorn in de weg stond. En zelf heb ik wel eens drie dagen in een wildpark vastgezeten omdat we onze auto niet meer uit het mulle zand konden krijgen. Dat verhaal scoorde redelijk maar viel volledig in het niet bij wat er daarna nog kwam.
Met zo’n internationaal gezelschap waarbij iedereen wel vaker gevlogen had was het natuurlijk niet vreemd dat iedereen het een en ander aan reisongemakken had meegemaakt. Een van onze deelnemers spande daarin wel heel erg de kroon. Zainabu, een heel bescheiden tengere dame uit Tanzania, trok een blik verhalen open waar werkelijk niemand meer overheen kon. Ze was in het verleden werkzaam geweest voor de Verenigde Naties. Ze had een tijd in Zuid Sudan gezeten. Maar ze was ook twee jaar verantwoordelijk geweest voor het coördineren van een aantal zaken in vluchtelingenkampen in Congo. Dat was in de tijd dat daar rebellen vochten en er oorlog was.
De VN piloten waren helaas niet altijd even ervaren en bekend in het gebied. Dus ze had wel eens als passagier de piloot aanwijzing moeten geven waar hij naar toe moest vliegen omdat ze doorhad had dat hij de verkeerde kant op vloog.
Bij een andere gelegenheid was er een wiel afgebroken tijdens het opstijgen. De piloot had niet gezien wat er precies gebeurd was. Die had alleen een raar geluid gehoord. Maar Zainabu die wel dat wiel had zien vallen had maar even tegen de piloot gezegd dat er niks aan de hand was. Ze had namelijk bedacht dat als die gast terug ging en op de luchthaven van Entebbe zou landen dat ze dan op een betonnen landingsbaan neer zouden komen. En op de plaats van bestemming was er een grasstrip als landingsbaan wat volgens haar inschatting veiliger was. En zo doken ze bij de landing wel met vliegtuig en al het bos in maar kwamen ze er goed van af.
Vliegen bij slecht weer is met een grasstrip als landingsbaan ook geen feest. Maar als je niet genoeg brandstof hebt om uit te wijken dan moet je op hoop van zegen toch naar beneden. En met een beetje mazzel heb je dan een piloot die toch op de een of andere manier in zo’n modderbad het roer om weet te gooien zodat je niet weer het bos in duikt.
Tijdens een andere vlucht was het zicht ontzettend slecht geweest en probeerde de piloot zich te oriënteren door heel laag boven de weg te gaan vliegen. Maar omdat de rebellen heel vervelend vanaf de weg begonnen te schieten moesten ze toch weer omhoog. De mist en de regen in om vervolgens te hopen dat ze ongeveer goed uit zouden komen.
En dan was er ook nog eens een vlucht geweest waarbij ze tijdens de landing zo ongelukkig neergekomen waren dat het hele staartstuk afgebroken was. Het cabinepersoneel was ernstig in de stress geschoten. Zo erg dat ze de nooduitgang niet open kregen. Daarop had Zainabu maar voorgesteld: “Zullen we de achteruitgang dan maar nemen? De hele staart ligt er af dus daar kunnen we er wel uit.”
Tsja, met dit soort avonturen in het achterhoofd durf ik natuurlijk niet meer te zeuren over een onhandig lange wachttijd op de terugweg op de luchthaven van Johannesburg.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley